Als je iets heel graag wil, dan moet je er vaak heel erg je best voor doen en allerlei moeilijkheden overwinnen. Mama en papa zullen je ook wel helpen om je droom waar te maken.
Feppe is een avontuurlijk vuurvliegje. Elke avond kijkt hij bewonderend naar de maan omdat ze zo vol licht is. Hij zou er heel graag naartoe vliegen, maar ze staat zo ver weg. Zijn vleugels kunnen hem zo ver niet dragen. Hij verzint allerlei manieren om hoger te vliegen.
De maan stelt zich aan. Ze denkt dat ze helderder, groter en levendiger is dan de sterren. Een vrank sterretje leest haar telkens de les.
Op een nacht is de maan weg. Ver weg hoort Feppe haar om hulp roepen. Ze is bang in het donker. Feppe wil haar helpen, maar hoe? Hij roept de sterren op om de maan te redden. Hoe kunnen ze dat? Als ze allemaal een beetje van hun licht geven. Naarmate de maan groeit, begint ze ook weer op te scheppen. Als Feppe en het sterretje haar ‘inlichten’, ziet de maan in hoe dom ze is geweest. Nu moeten ze er allemaal hard om lachen. Mama maakt Feppe duidelijk dat ook hij genoeg licht geeft om met anderen te delen.
Voorlezen vanaf 6 jaar / zelf lezen vanaf 7-8 jaar